Ik moet de laatste tijd vaak aan zijn fiets in de schuur denken. Het was een ander huis, ander schuurtje, maar dezelfde hippe herenfiets zonder standaard. Het huis noemden m’n moeder en ik bij het bezichtigen liefkozend kabouterhuisje, omdat je moest bukken onder de klimop om binnen te komen. Ik zou er alleen gaan wonen. Tot er vrij onverwacht een lang manspersoon mijn leven en kabouterhuisje binnenstapte (en vaak zijn hoofd zou gaan stoten tegen het schuine dak).
Op een ochtend wil ik mijn fiets pakken en zie voor het eerst zijn fiets in het schuurtje staan, leunend tegen de mijne. Bij de aanblik ervan besef ik plots dat ik niet meer alleen ben, maar de helft van een samen. Mijn hart wordt warm en die warme gloed trekt door mijn hele lijf tot mijn tenen tintelen en mijn kruin kriebelt.
Hoe anders is dat nu? Zeven jaar en twee zonen verder zijn door korte nachten mijn tenen lang. Ik zie vaker wat er níet is dan wel. Niet de deksel op de pot pindakaas na het smeren. Geen vaste plek voor sommige spullen in keukenlades. Zijn fiets steevast in de weg onder onze kleine overkapping als ik met 18 kilo peuter eruit probeer te manoeuvreren. Kleine onhebbelijkheden die met de jaren ook bij ons aan de oppervlakte zijn komen drijven. Daarom kijk ik, met de feestdagen voor de deur, graag terug naar wat er wél was afgelopen jaar.
Warm hart
Wat verwarmde mijn hart? 2022 was het jaar van onze tweede zoon, de liefdevolle zorg van mijn lief toen het weer lastiger liep dan gehoopt, de kopjes thee, gezonde maaltijden, zijn zachte ogen vol vertrouwen en nu met de koude dagen; iedere ochtend als ik beneden kom een brandende houtkachel. In 2022 waren we samen, veilig en warm. Wat een luxe is dat gebleken, juist dit jaar. Ik wens iedereen een warm hart toe. En een schuurtje met genoeg ruimte.
dit-dus.nl
Column
