Op de rotonde op de Halvemaanstraat staat sinds een paar weken het pronkstuk van de wijk. Het is helemaal gemaakt door buurtbewoners als ode aan de eerste bewoners van Drents Dorp. Ik was daar om het eindresultaat bewonderen. Vele vrijwilligers hadden samen met een kunstenaar maanden onafgebroken gewerkt aan het kunstwerk. Indrukwekkend, hoeveel liefde en passie zij erin stopten.

De eerste bewoners van Drents Dorp waren boerengezinnen uit Drenthe, die in de hoogtijdagen van Phillips massaal naar Eindhoven werden gehaald. Inmiddels alweer zo’n 90 jaar geleden. Om hen een warm thuisgevoel te geven had Philips destijds bedacht dat ze het beste bij elkaar in een wijk konden wonen. De dochters en moeders waren goed voor het kleinere handwerk en de mannen voor de zware taken.

Ze kregen een grote achtertuin zodat ze in hun vrije tijd konden boeren. Er werd goed voor ze gezorgd. Eindhoven bood ze een andere en betere toekomst. En op hun beurt droegen zij bij aan de groei van de stad. Een win-win situatie, zoals we dat nu noemen. Op weg terug naar huis bedacht ik me hoe actueel de situatie van 90 jaar geleden is voor ons. Want ook nu komen mensen van heinde en verre naar Eindhoven. Om bij te dragen aan onze economische ontwikkeling én om voor zichzelf een mooi toekomst te bouwen. En dat is wat Eindhoven typeert. De geschiedenis van onze stad kent een hele grote invloed van mensen uit heel de wereld. In die zin is bijna niemand echt Eindhovens. En misschien juist daarom iedereen.