Het Stratumseind gaat flink op de schop. Voor Groot Eindhoven reden om in het hart van deze beroemde stapstraat te duiken, samen met de ondernemers van toen en nu. Deze week met Paula Klee (73) van de Olympiade.

EINDHOVEN – “Ik ben op een fijne manier ontvangen in Eindhoven. Natuurlijk was het voor sommigen wel een issue: een Amsterdamse transseksueel die op het Stratumseind een kroeg begint. Daar kon niet iedereen goed mee omgaan.”

Anders dan anderen

Paula werd in 1949 geboren als Paul. “Ik kom uit een arbeidersgezin in Amsterdam-Noord. Ik had hele lieve ouders en heb nog steeds een heel fijn zusje. Ik wilde niet in die arbeiderswijk blijven, want ik wist natuurlijk dat ik anders was dan anderen. Ik voelde me niet prettig in mijn lichaam. Ik was een jaar of 15 en ging met de pont Het IJ over. Daar kwam ik soortgenoten tegen. Het was een nare tijd, ik had overal problemen. Als ik dameskleding droeg, werd ik opgepakt. Zat ik weer op het politiebureau.”

Paula kreeg hulp en werd doorgestuurd naar een endocrinoloog. “Hij schreef een brief waarin stond dat ze me moeten behandelen als zijnde van het vrouwelijk geslacht. Ik heb die brief wel dertig keer gekopieerd, nam ‘m overal mee naar toe. Deze arts heeft me verder begeleid bij mijn transformatie. Mijn familie heeft er nooit problemen mee gehad.”

Op naar Eindhoven

In een Amsterdams café leerde ze Appie en Peter kennen. “Zij hadden De Paardenstal, de eerste homokroeg op Stratumseind. Zij zeiden: je moet eens naar Eindhoven komen. Dat deed ik. Later, in 1976, begonnen zij een lunchroom waar ik mocht werken. Ik vestigde me definitief in Eindhoven.”

Paula opende in 1982 De Olympiade. “Op nummer 53, de helft van wat nu de Miller Time is. Dat was de schuld van George Gussenhoven, die deze kroeg had overgenomen van Piet en Cis. Hij had al George Taveerne en het was voor hem moeilijk om zich te verdelen over twee kroegen. Hij vroeg me om in De Olympiade te werken, later nam ik het van hem over.”

Stropdassen

“In deze kroeg kwam van alles: van hoeren en pooiers tot advocaten en artsen. Kwam je met een stropdas binnen, dan werd ie afgeknipt en aan het plafond geniet. Je kreeg dan wel een blad bier. De kroeg hing vol foto’s, nepgeld, bh’s en onderbroeken. We draaiden Hollandse en Duitse nummers. Op zondagmiddag was het publiek 80% gay.”

Monique Klee (55), echtgenote van Paula, kwam op haar 17e terecht in De Olympiade: “Ik was er vaak op zondagmiddag. Ik kom uit een horecafamilie en Paula vroeg of ik wilde helpen tijdens Koninginnedag”. Paula: “Toen ze voor het eerst achter de bar stond en een pilsje tapte, leek het alsof ze nooit anders had gedaan”.

Sindsdien zijn ze samen. Monique lacht: “Al 39 jaar; voor moord krijg je minder”.

Partner in crime

Paula: “Het mooiste aan de horeca is dat ik haar heb ontmoet. Mijn partner in crime. Zij regelde alles zodat ik mijn ding kon doen; door de microfoon lullen en klanten in de maling nemen. Dat deed ik en mensen tolereerden dat. Sterker nog: hoe meer ik schold, hoe leuker ze het vonden.”

In 1988 opende Paula een tweede kroeg: “Café Coupé, waar de Oude Herenkapper zat. Later stootten we De Olympiade af en doopten dit kroegje om tot Hét Olympiade.”

Zware tijden braken aan. “Voor meer kasteleins. Er was veel terreur in de straat; afpersing in ruil voor zogenaamde bescherming van je zaak. We zijn vaak bedreigd, zelfs met een pistool in m’n rug, maar mij kregen ze niet op de knieën.”

In 1989 verhuisden ze naar Stratumseind 47 en werd de kroeg omgedoopt tot Club Olympiade. “Meer besloten, je moest lid worden om binnen te komen. Je was dan wél lid van een homozaak en dat hield een bepaald soort volk mooi buiten. We hebben hier tot 1992 gezeten. ”

Plezier

Naast spanningen, was er vooral veel plezier. “We hebben zoveel georganiseerd. Skivakanties, tennistoernooien, playbackshows, een voetbalclubje. Heel leuk voor veel mensen, dat hoor ik nu nog.”

Na Stratumseind bleven Monique en Paula in de horeca. Zo runden ze vijftien jaar een kroeg in Benidorm. Inmiddels zijn ze alweer heel wat jaren terug in hun Eindhoven en werkt Paula drie dagen per week in Café De Rozenknop.

En de toekomst? Paula: “Goh, zoals ze zingen in de kerk: Wat de toekomst brengen moge, mij geleidt des heeren hand”.

Marjolein van Hoof

‘Hoe meer ik schold, hoe leuker ze het vonden’