De achterzijde van de melkfabriek Sint Joseph en verderop de stuw bij de Walbrug in 1936. FOTO: Eindhoven in Beeld.
De achterzijde van de melkfabriek Sint Joseph en verderop de stuw bij de Walbrug in 1936. FOTO: Eindhoven in Beeld.

De tweede jeugd van de Dommel

Algemeen

Ooit trok de Dommel met haar natuurlijke oevers een groen lint door de stad. Maar vanaf ongeveer 1800 is dat drastisch veranderd. De rivier werd meer en meer het riool van de stad, gebruikt en verontreinigd door de lokale industrie. In de 20ste eeuw verdwenen deze bronnen van vervuiling. En in de 21ste eeuw wordt gewerkt aan de vergroening van de rivier en haar oevers. Zo krijgt de Dommel een ‘tweede jeugd’. Vandaag het tweede deel: Op weg naar het centrum.

EINHOVEN - Na de onderdoorgang onder de Boutenslaan volgt de samenvloeiing met de Tongelreep. Een bijzondere plek: een laaggelegen natuurgebied, geen park dat netjes aangelegd is. Hier kunnen Dommel en Tongelreep het teveel aan water tijdelijk kwijt. Het is een gebied met drassige grond, omgevallen bomen en een wirwar aan plantengroei. Even verderop, achter het Van Maerlantlyceum, is de rivier ook gaan meanderen met behulp van de mensenhand.

Exotische bomen

Na de brug tussen de Edenstraat en de Doctor Schaepmanlaan stroomt de Dommel door een prachtig park met hoge oude bomen. Het eerste deel is vernoemd naar de twee joodse jongens Lex en Edo Hornemann, het tweede naar Anne Frank. Hier worden alle “304 joodse mannen, vrouwen en kinderen” herdacht die zijn vervolgd en omgebracht tijdens de Tweede Wereldoorlog. De fraaie paden en de exotische bomen maken dit park tot een van de mooiste ‘Dommel-plekken’ in de stad.

Even verder begint het deel van de Dommel waar ooit veel industriële bedrijvigheid bestond. Op het vroegere landgoed ‘Het Paradijs’ begon de fabrikant Smits rond 1800 de eerste Eindhovense textielfabriek. Het Dommelwater was nodig als krachtbron voor de machines en ook als spoelwater. Later kwam er meer industrie o.a. de eerste kolengasfabriek van Eindhoven. En er vestigde zich een zuivelfabriek: de melkinrichting Sint Joseph. Aan de achterzijde van de fabriek stroomde een lange sliert melkwit water de rivier in als de machines en de melkbussen schoongespoeld werden. Deze industriële activiteiten hadden grote vervuiling tot gevolg: rokende schoorstenen en verontreinigd afvalwater. De textielfabriek vertrok in 1924 naar Geldrop. De zuivelinrichting stopte haar werkzaamheden pas na de Tweede Wereldoorlog.

Onder de Walbrug bevindt zich een stuw. Als een van de eerste activiteiten ter vergroening van de Dommel werd deze buiten gebruik gesteld en vervangen door een vispassage (2002), vissen kunnen zo ongehinderd passeren. Pal na de Walbrug verdeelde het Dommelwater zich tot 1955 over de Dommel en de Stadsgracht. Die boog vanaf de brug gezien enigszins linksaf en stroomde verder via een route die nu de straatnaam ‘Oude Stadsgracht’ draagt. Even voor de Kanaalstraat kwamen de twee stromen weer bij elkaar. Het zo gevormde eiland was het ‘afvoerputje’ van de stad. In 1955 werd de Stadsgracht gedempt als onderdeel van hoognodige sanering van dit gebied.

Rob van Brunschot EiB

Dommelwater was nodig als krachtbron voor machines