En die hittegolf voldeed aan de criteria: tenminste vijf zomerse dagen met een temperatuur van 25 graden en hoger en drie dagen tropisch, met een temperatuur boven de 30 graden. Die hittegolf begon op 5 juli 1923 en bereikte op 11 juli zijn hoogtepunt met 33,1 graden. 14 juli, de dag dat deze foto werd genomen, was de laatste snikhete dag.

Onze voorouders hadden nog geen idee van klimaatverandering of notie van de oorzaken daarvan. Dit was een fenomeen dat zo af en toe voorkwam en dat veel mensen zich bleven herinneren. Dat moest bij kapper Jan van den Hurk vastgelegd worden. Kartonnen bord erbij met de datum van het ‘kiekje’ en de bijzondere omstandigheden.

De scheerbeurten vonden buiten plaats, op het trottoir voor de kapperszaak. Waarschijnlijk was het binnen niet uit te houden. Wel bleven de mannen keurig in pak, uniform of bedrijfskleding. Status moest je, ondanks de hitte, blijven ophouden.

Hoe anders gaan wij tegenwoordig om met de frequenter optredende hittegolven. Menig huis heeft een airco voor de nodige verkoeling, net als bijna alle winkels. We passen onze kleding aan: jassen en colberts zijn opeens verdwenen, shirtjes, blouses, korte broeken en jurken voeren de overhand. En we smeren ons, als het goed is, in met zonnebrandcrème. Waarschijnlijk deden de afgebeelde mannen dat niet.